Inlevingsvermogen

Drie van de vier weekenden in de maand komt Laura naar huis. Vrijdagmiddag, na de dagbesteding, haal ik haar op. Ik leg al vast haar kleren voor de volgende week klaar – in een Blokker-box voor elke werkdag (als ik dat niet doe, trekt ze uiterst vreemde combinaties aan) – en praat nog even met de begeleiding. Laura staat blij en zwijgend bij de deur. Buiten, uit het zicht van bewoners en begeleiders, komen de eerste woorden, in de auto is er geen houden meer aan.

Geen nieuws goed nieuws

Elke week weer wil ze dezelfde zekerheden: of er wel croissantjes voor het weekend zijn gehaald, of er fruit in huis is, of er genoeg Twixen zijn, of er genoeg Optimel is, wie vanavond de spaghetti maakt, hoe laat we eten, of ze vanavond op de computer mag. Vaste vragen, vaste antwoorden. Míjn vragen vindt ze vooral vermoeiend. ‘Hoe was je week?’, ‘Was de sportdag leuk?’, ‘Heb je nog gelachen?’. Laura zucht diep. ‘Als je zo veel vraagt, moet ik zo veel denken.’
In de regel geldt bij Laura: geen nieuws, goed nieuws. Ze doet nooit verslag. Als ze iets vertelt, is het meestal iets waar ze verdrietig, onrustig of boos over is. Vaak zijn dat in de beleving van haar omgeving dingetjes. Dat iemand naar haar keek, dat ze een bepaald tv-programma niet heeft kunnen zien, dat ze als laatste haar bord leeg had, dat een begeleider zei dat ze een beetje op moest schieten. Om Laura’s denk- en gevoelswereld te kunnen begrijpen, moet je vooral je eigen normen loslaten.

020Bas 39

‘Raar gedrag’
Maar onlangs was het andersom. En passant vertelt Laura in de auto op weg naar huis dat een van de begeleiders van de woongroep haar had aangesproken op ‘raar gedrag’. Dat is geen eigen uitdrukking van Laura, dus ik neem aan dat het klopt. Het is de tweede keer in korte tijd dat ze dit meldt. Ik ben verbaasd. Een beetje onthutst eigenlijk. Vertonen verstandelijk gehandicapten en autisten niet per definitie ‘raar’ gedrag? Een professioneel begeleider die cliënten daarop aanspreekt, dát noem ik nog eens raar. En wat deed je dan, wil ik van Laura weten. ‘Ik legde de placemat recht.’ Niet zo heel raar voor een autist, lijkt me.

Gestrest
Ik kom er in het weekend bij Laura nog twee keer op terug. En dan zegt ze: ‘Soms zeggen mensen zoiets, als ze gestrest zijn. Dan geeft het niet.’ Mijn mond valt open, van verbazing over zo veel relativering en inlevingsvermogen. Immers: niet bepaald de sterkste eigenschappen van mensen met autisme. Ik vraag Laura of ze eigenlijk wel weet wat ‘gestrest’ betekent. Nee, dat weet ze niet. Dan valt bij mij het muntje: de begeleider die haar aansprak op haar ‘rare’ gedrag heeft zich daar vermoedelijk meteen voor verontschuldigd: ‘Sorry dat ik dat heb gezegd, Laura, ik ben wat gestrest.’ Zo ongeveer zal het vermoedelijk zijn gegaan. Leerzaam, dit dialoogje met Laura. Ik heb me weer ’s drukker gemaakt dan Laura zelf. 

Comments

  1. Prachtig Danielle!

Laat een antwoord achter aan Danielle Kraft Reactie annuleren

*